8 mei 2017 – Na de dodelijke mijnexplosie van Woensdag 3 mei in de provincie Golestan, achtte de Iraanse President Hassan Rouhani het eindelijk op Zondag gepast de stad te bezoeken in het kader van de campagnetour voor zijn herverkiezing.
Rouhani werd echter door betogers ontvangen die boos waren dat het veiligheidbelang niet was gehonoreerd vóór de explosie die tientallen mijnwerkers het leven kostte. De betogers waren ook boos omdat Rouhani niet eerder was gekomen.
De mijnwerkers, nog met kolengruis overdekt na hun zoektocht naar nog vermiste collega’s, begonnen de gepanserde SUV auto aan te vallen toen die voorbij kwam. De onbeschadigde auto stopte niet, maar reed verder door de menigte en verdween met hoge snelheid van een heuvel af.
Rouhani is naar de Zemestanyourt mijn gegaan om de mijnwerkers en hun families toe te spreken. In zijn toespraak bleef hij er op hameren dat de regering verantwoordelijk is voor de levens van de mijnwerkers, maar gezien de komende verkiezingen lijkt dit eerder pure retoriek.
Hij zei:“Wees er van verzekerd dat wij deze kwestie en ook jullie eisen blijven volgen. Degenen die schuldig zijn aan dit incident moeten voor een gerechtshof worden gebracht.”
Maar de mijnwerkers hadden eerder al klachten over de veiligheid bij het mijnbouwbedrijf aangekaart. Het bedrijf is in handen van de Bassij en geassocieerd met het Corps van de Revolutionaire Gardes (IRGC), wat weer deel uit maakt van het Regime. Hun klachten werden niet onderkend en leidden in sommige gevallen tot geweld tegen de personen die de kwestie naar voren hadden gebracht.
Een mijnwerker zei:“Enkele jaren geleden toen ik een klacht had ingediend bij het hof van Azadshahr, hebben ze me afgeranseld…”
Als het Regime eerder niet bereid was te luisteren, waarom beloven ze dan nu tot vervolging over te gaan?
Een broer van een van de omgekomen mijnwerkers zei: “Waar was hij de laatste dagen? Is hij hier nu om stemmen te winnen voor zichzelf? Ik wil mijn broer terug hebben.”
Tenminste 35 mensen zijn omgekomen bij deze mijnexplosie; 22 lichamen zijn geborgen en naar de overige slachtoffers wordt nog gezocht.
Dit is bepaald niet de eerste mijnramp in Iran, een land dat zwaar afhankelijk is van kolen voor haar hoogovens. In 2013 zijn 11 mijnwerkers omgekomen in 2 verschillende incidenten en in 2009 zijn 20 mijnwerkers omgekomen bij meerdere incidenten.
Men gaat er van uit dat lakse gezondheid- en veiligheidwetgeving en onvoldoende calamiteitendiensten aan de basis liggen van de mijnrampen.
Sinds de nucleaire overeenkomst van 2015, waarbij sancties tegen het Golf land zijn opgeheven, is Iran haar mijnen aan het renoveren in een poging businesscontracten binnen te halen. Deze renovaties zijn echter minder gericht op verbeteringen, maar veeleer op verhoogde productie.