Volgens bevestigde berichten van Iran Mensenrechten (IHR) is in de maand Juli in verschillende Iraanse steden bij tenminste 36 mensen de doodstraf voltrokken.
Tenminste 133 mensen zijn tot nu toe in 2018 geëxecuteerd, waaronder 4 jongeren. Onderzoek naar de aanklachten tegen de in Juli geëxecuteerde gevangenen toont aan dat 11 ter dood veroordeelden waren beschuldigd van Moharebeh (oorlog voeren tegen God), 24 van moord en 1 van drugs gerelateerde misdaden.

Het rapport van IHR stelt dat 1 van de geëxecuteerde gevangenen een vrouw was. 8 van de geëxecuteerde gevangenen beschuldigd van Moharebeh kregen de doodstraf in relatie tot de zogenaamde ISIS aanvallen van 2017 op het parlement en de herdenkingsplek van Ayatollah Ruhollah Khomeini. Meerdere rapporten hebben aangetoond dat een aantal van de geëxecuteerde gevangenen niet direct betrokken was bij deze aanvallen en dat zij de doodstraf hebben gekregen op beschuldiging van informatie over de operatie te hebben of logistieke ondersteuning te hebben verleend.
1 executie in Juli was gebaseerd op drugs gerelateerde beschuldigingen. Dit is de tweede door IHR gerapporteerde drugsgerelateerde executie na het in werking treden van de nieuwe drugswet op 14 November 2017. De nieuwe drugswet houdt o.a. nieuwe regels in om doodstraf uitspraken te verminderen en strafreductie te geven aan gevangenen die tot de doodstraf of levenslange opsluiting zijn veroordeeld.
Slechts de helft van de executies (18) is in officiële Iraanse nieuwsbronnen bekend gemaakt. De andere 18 gevallen zijn bevestigd door bronnen van de IHR. Het echte aantal executies zou hoger kunnen zijn.