19.11.2015 – De VN veroordeelt het stijgende aantal wrede executies in Iran en de aanhoudende foltering en onderdrukking van journalisten en het schenden van vrouwenrechten en de rechten van religieuze en etnische minderheden.
Op donderdag 19 november jl. heeft de derde Commissie van de Algemene Vergadering van de VN in haar zeventigste zitting een resolutie aangenomen waarin de barbaarse en systematische schendingen van de mensenrechten door het Iraanse regime veroordeeld wordt.
De resolutie spreekt de ernstige bezorgdheid van de VN uit over de hoge frequentie van de executies, bij afwezigheid van een internationaal erkend beschermingssysteem. Er vinden executies plaats zonder dat de familieleden en/of de advocaat van de verdachten geïnformeerd zijn. Ook wordt de doodstaf opgelegd en uitgevoerd bij minderjarigen en bij volwassenen die minderjarig waren toen ze hun misdaad begingen.
De resolutie spreekt de ernstige bezorgdheid van de VN uit over de hoge frequentie van de executies, bij afwezigheid van een internationaal erkend beschermingssysteem. Er vinden executies plaats zonder dat de familieleden en/of de advocaat van de verdachten geïnformeerd zijn. Ook wordt de doodstaf opgelegd en uitgevoerd bij minderjarigen en bij volwassenen die minderjarig waren toen ze hun misdaad begingen.
De VN roept het Iraanse regime op om de doodstraf af te schaffen en ervoor te zorgen dat niemand aan foltering of andere wrede en onmenselijke of onterende behandeling wordt onderworpen.
De resolutie dringt er verder bij het Iraanse regime op aan om alle vormen van discriminatie en andere mensenrechtenschendingen tegen vrouwen en meisjes uit te bannen.
De resolutie uit verder de ernstige bezorgdheid van de VN over “geweld tegen leden van al dan niet erkende religieuze minderheden en roept het regime op om alle vormen van discriminatie en andere schendingen van de mensenrechten tegen etnische, taalkundige en andere minderheden in de wet en in de praktijk te elimineren en eist dat “de strenge en vergaande beperkingen van de vrijheid van meningsuiting, vrijheid van expressie, vereniging en vreedzame demonstraties worden beëindigd” en dat degenen die willekeurig gearresteerd en gedetineerd zijn, worden vrijgelaten.