Soada Khadirzadeh

De strafrechtbank van Mahabad, Iraans-Koerdistan, heeft de politieke gevangene Soada Khadirzadeh op dinsdag 6 september 2022 veroordeeld tot 12 jaar en 6 maanden.
De eerste zitting van het proces van Soada Khadirzadeh vond online plaats op 24 augustus 2022, in afdeling 3 van de strafrechtbank van Mahabad. Soada, haar advocaat en de aanklagers waren aanwezig.
De aanklacht tegen Soada Khadirzadeh was deelname aan moord als hoofdmedeplichtige en lidmaatschap van een Koerdische partij die zich verzet tegen het Iraanse regime. Khadirzadeh ontkende categorisch een lid van de Islamitische Revolutionaire Garde (IRGC) te hebben gedood.
Morad Pirotinia, een van de aanklagers in de zaak, is de zoon van Khezr Pirotinia, die lid was van de IRGC. Morad heeft gedreigd Khadirzadeh te vermoorden indien zij uit de gevangenis wordt vrijgelaten. Khezr Pirotinia werd op 5 oktober 2021 door een onbekende persoon vermoord.
Advocaat van Soada Khadirzadeh trekt zich terug na bedreigingen door aanklagers
Haar advocaat heeft zich teruggetrokken als verdediger van deze politieke gevangene. Nadat hij door de aanklagers was bedreigd, deelde hij haar familie mee dat hij de gevangen moeder niet langer zal vertegenwoordigen.
De borgtocht van 3 miljard toman voor de tijdelijke vrijlating van Khadirzadeh werd gedurende lange tijd bij elkaar gesprokkeld door haar familie, maar op verschillende momenten hebben de autoriteiten haar tijdelijke vrijlating echter afgewezen en het bedrag voor de borgtocht telkens verhoogd tot de uiteindelijke 3 miljard toman.
Soada Khadirzadeh was een maand zwanger op het moment van haar arrestatie. Zij is in de gevangenis bevallen van haar baby. Zij en haar dochtertje verkeren in slechte gezondheid.
Khadrizadeh deed een zelfmoordpoging vanwege de druk die de inlichtingendienst op haar uitoefende om bekentenissen af te dwingen.
Tientallen vrouwenrechtenactivisten hebben een verklaring afgelegd over de penibele situatie van Soada Khadirzadeh, die wegkwijnt op de vrouwenafdeling van de Centrale Gevangenis van Urmia. De vrouwenrechtenactivisten eisten de onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van de Koerdische politieke gevangene en haar op 26 augustus 2022 geboren dochtertje Solina..