De wijdverbreide protesten in Iran tegen het regime zijn gevoed door corruptie op alle regeringsniveaus door het aftappen van de economie, vooral  sinds het nucleaire akkoord van 2015.
Lee Smith, een senior medewerker van het  Hudson Instituut, merkte op dat de protesten wel degelijk van politieke aard zijn, daar de demonstranten overal het einde van het Regime eisen, maar dat zij gedreven zijn door economische factoren, die niet verbeterd zijn door het nucleaire akkoord.
Smith stelde: “Economieën onder autoritaire regimes zoals dat in Teheran, zijn altijd een afspiegeling van de politieke structuur in een land.
Het aanwenden van financiële bronnen en privileges is de manier waarop een autoritair regime politieke gunsten uitdeelt en zijn politieke voorkeuren aangeeft. Protesten over de economie zijn per definitie protesten tegen de politieke structuur van het regime.”
Bij het sluiten van de nucleaire overeenkomst voorspelden velen het einde van Irans financiële ellende en dat het Iraanse volk het beter zou  krijgen. Een studie voorzag zelfs een groei van de Iraanse economie van 4% per jaar in de komende 5 jaar.

Voormalig Minister van Financiën Jack Lew heeft gezegd: “Van Iran wordt verwacht dat het nieuwe inkomsten voornamelijk gaat aanwenden ter leniging  van de behoeftes, waaronder het stutten van het overheidsbudget, het bouwen aan infrastructuur, handhaving van de stabiliteit van  de Rial en importstimulering.”
En voormalig President Barack Obama stelde: “Onze beste analisten verwachten dat het merendeel van deze inkomsten wordt besteed aan verbeteringen in de economie en verbetering van de levensomstandigheden van het Iraanse volk.”
De internationale gemeenschap verlichtte aldus de sancties, gaf miljoenen aan bevroren tegoeden vrij en wachtte op herstel van de Iraanse economie.
Helaas, met dat geld in handen van de mullahs, werd het gebruikt voor terrorisme en oorlog en niet op een manier ten voordele van het Iraanse volk.
In 2017 heeft het parlement van het regime zelfs het budget van het Korps van de Islamitische Revolutionaire Garde (IRGC) met 24% verhoogd.
Ongeveer 40 % van de economie is al onder controle van de IRGC, waaronder de olie industrie, infrastructurele ontwikkeling, constructie,  de maakindustrie, elektronica en de grootste import-export contracten. Zij gebruiken dit geld om agressieve aanvallen op andere Midden Oosten landen te financieren.
Erger nog, het IRGC en andere leden van het Regime gebruiken Iraanse banken als hun eigen persoonlijke schimmige geldvoorraad, met leningen die  ze nooit terugbetalen, wat in feite diefstal van het geld van het Iraanse volk is. Ook hebben zij ongereguleerde financiële instellingen opgezet en de mensen aangezet hun geld daar in te leggen, waarna deze instellingen weer snel hun deuren sloten.
Saeed Ghasseminejad, die bij de Stichting ter Verdediging van de Democratie is gespecialiseerd in de financiële sector van Iran, verklaart dat dit  heeft geleid tot “honderdduizenden mensen die hun spaargeld zijn kwijtgeraakt.”
Om kort te gaan, het nucleaire akkoord heeft alleen meer geld opgeleverd dat het Regime gebruikt om zijn eigen mensen te straffen en verwoestingen  aan te richten in het Midden Oosten.